Heimtextil zet inop duurzaamheid

Textielbeurs Heimtextil koos dit jaar voor duurzaamheid als centrale thema en onder dezelfde paraplunaam werden ook de te verwachten trends gepresenteerd. Maar duurzaamheid wordt nogal breed geïnterpreteerd en is soms slechts een dun groen laagje.

Het algemene beeld voor de begin januari in Frankfurt gehouden Heimtextil valt positief uit. Er waren minder exposanten (2.400) en minder bezoekers (44.000) dan voorheen, maar dat was te verwachten in de nasleep van de coronapandemie. Daarnaast werd op de openingsdag van de beurs 10 januari een negatieve coronatest verplicht voor bezoekers uit China die per vliegtuig arriveerden, dus was het te verwachten dat het aantal Chinese bezoekers gering zou zijn. Desondanks bleken veel exposanten behoorlijk tevreden over de beurs want, zo viel veelal te horen, er waren minder bezoekers, maar die kwamen wel heel gericht en er was relatief weinig sprake van ‘passanten’ waar je niets aan hebt. 

De meeste bezoekers kwamen uit Europa, maar dat geldt niet voor de exposanten. China (429), India (382), Turkije (321) en Pakistan (269) vormen hierin de top 4 met daarna op afstand Italië (146), Duitsland (144) en Spanje (106). 

Niet in alle landen speelt het even sterk, maar veel bedrijven beseffen dat de productie van stoffen behoorlijk milieubelastend is. Op de beurs lieten ze weten dat ze stoffen hebben van gerecyclede petflessen, dat ze produceren met behulp van zonne- of windenergie, dat er biokatoen wordt gebruikt en dat er x procent afvalvermindering is gerealiseerd ten opzichte van zoveel jaar geleden. Allemaal fraaie initiatieven, maar bij navraag bij meerdere beursdeelnemers bleek dat de vergroening feitelijk nogal meevalt. 

Desondanks maakte de beursorganisatie ‘duurzaamheid’ tot het centrale begrip van de beurs. In een spectaculaire trendshow werden onder meer meubels van afgedankte textielresten en textiel gemaakt van kokosafval, ananasbladeren, paddenstoelen en andere niet direct voor de hand liggende natuurlijke materialen getoond. En wat te denken van leer uit vissenhuiden. Ook waren er talloze voorbeelden te zien van natuurlijke kleurstoffen. 

Door veel exposanten wordt tegenwoordig gezwaaid met keurmerken die duidelijk moeten maken dat er op milieuvriendelijke wijze wordt geproduceerd. Waar al die keurmerken voor staan is niet altijd duidelijk en net iets te vaak krijg je het gevoel dat er iets te veel aan greenwashing wordt gedaan. Maar de richting is duidelijk: er zal in de toekomst veel zorgvuldiger moeten worden geproduceerd.

Op de beurs werd nauwelijks ingespeeld op de hoge energieprijzen, lees: hoe je met bepaalde producten energie kunt besparen. Opvallend, want in Nederland waren in het najaar dikke gordijnen nauwelijks aan te slepen en ook in Duitsland worden/werden de gestegen energiekosten goed gevoeld. Erfal toonde een honingraat plissé met aluminium aan de binnenkant dat tot 7% energiebesparing zou kunnen leiden. Geen nieuw product, maar voor de gelegenheid weer naar voren gedaald. 

Overigens was erfal samen met MHZ een van de weinige echte zonweringbedrijven op de beurs. Jarenlang stonden beide met een eigen stand op Heimtextil, maar nu werd gekozen voor een stand onder de vlag van Decoteam, een al jaren bestaand samenwerkingsverband van zo’n tiental Duitse bedrijven die tijdens beurzen gezamenlijk een eigen trendpresentatie organiseren.

BREL is als leverancier van motoren al jarenlang vaste klant op Heimtextil en een van de weinige overgeblevenen. Geen nieuwigheden, maar directeur Erik Budding liet wel even zien hoe zij inspelen op de langlopende vraag naar smart home-producten. Hij toonde onder andere een motortje voor plissés, vouwgordijnen en jaloezieën met een extra kabel voor spanningsloos schakelen. Geef middels een schakelaar een puls zodat er even spanning op komt, waardoor je het product aan kunt sturen. Volgens Budding is het een goedkope oplossing en is het voordeel dat je geen dikke stroomkabel nodig hebt. Het is geen rocket science, maar op de beurs stonden bezoekers geïnteresseerd te kijken.

Ook Forest is motorenspecialist en dan vooral voor de aansturing van gordijnen, veelal voor grote hotels. In warme landen kunnen die effectief de warmte buitenhouden en bijvoorbeeld bij binnenkomst opengaan. Het bedrijf is groot worden met de KS gordijnrail en heeft zijn positie in de loop der jaren uitgebouwd met gebogen rails, rails in diverse kleuren en diverse motorische bedieningen. “Het oogt misschien simpel, maar dat is het niet. Wij hebben niet voor niets een paar mensen permanent op R&D zitten”, aldus marketingmanager Dennis Hutjes. 

Eenzelfde verhaal geldt voor Vako. Het bedrijf uit Den Bosch maakt ogenschijnlijk simpele producten voor rolgordijnen, vouwgordijnen en andere binnenzonwingproducten. “Wij zijn Europees marktleider in vouwgordijnsystemen en hebben veel tijd gestoken in het ontwikkelen van kindvriendelijke systemen. Daarvoor hebben wij meerdere patenten”, vertelt salesmanager Jeroen Abelen. Bij Vako zijn een vijftal mensen bezig met productontwikkeling en dat gaat volgens hem soms heel ver. “Je hebt vouwgordijnen die vastzitten met klittenband en dat laat soms los. Wij hebben een speciale lijm ontwikkeld, waardoor dat niet meer gebeurt.’  

Het Belgische Talent 4 Blinds stond op de beurs met onder meer houten en aluminium jaloezieën, vouwgordijnen en plissés. Directeur Patrick Vervisch begon in 2018 met productie in Servië en dat bleek een goede greep. Het afgelopen jaar werd in de buurt van de productielocatie een tweede fabriek geopend. “Servië behoort niet tot de EU waardoor er sprake is van invoerrechten, maar de lonen zijn er relatief laag, de mensen goed geschoold en ze hebben een prima werkethos”, aldus Vervisch. Hij levert onder white label en voor huismerken. 

Landgenoot Niiche, onderdeel van Inside Blinds en gestart in 2022, gebruikte Heimtextil voor de internationale première. Niiche-oprichter en -eigenaar Dominique Lampe werkte jaren in de textiel en richt zich nu op de hardware voor exclusieve raamdecoratie. “Als je zou kunnen spreken van de Mercedes van de raamdecoratie zijn wij de AMG”, karakteriseert hij. Zijkapjes, onderlatten, verzwaarde optrekkoorden en zelfs de behuizing van de afstandsbediening worden in eigen beheer geproduceerd met 3D-printers. Dat is goedkoper en heeft als grote voordeel dat producten vrij gemakkelijk kunnen worden ‘gepersonaliseerd’. Een zijkapje met een speciaal reliëf? Geen probleem. 

Ook voor de stoffen zet het bedrijf hoog in met speciale afwerkingen en er wordt gewerkt aan bijzondere handgeweven stoffen. Niiche richt zich op de top van de markt en Lampe zei tijdens de beurs contacten te hebben gelegd met bezoekers uit Saoedi-Arabië, Dubai, Brazilië en de Verenigde Staten. 

Samengevat bood Heimtextil geen bijzondere nieuwigheden, op het gebied van binnenzonwering en raamdecoratie al helemaal niet of nauwelijks. Het segment Sun & Shadow is zelfs volledig van het beurs­programma geschrapt. Dat neemt niet weg dat de beurs een breed overzicht geeft van de ontwikkelingen in een speciale tak van textielverwerking en toepassing.